Van Melbourne naar Adelaide

19 april 2017 - Perth, Australië

Wat gaat de tijd toch weer snel, het laatste reisverhaal eindigde in Tasmanië op weg naar Melbourne en inmiddels ben ik alweer ruim 3200 km verderop in Perth en alweer bijna een maand verder. Maar first things first, op 22 maart kwamen we uiteindelijk na een lange dag op het vliegveld aan in Melbourne.

Door de vertraging en de reis richting Caulfield, waar Cath woont en waar we weer mochten blijven, was onze eerste dag al zo’n beetje voorbij. Tijd (en zin) om Melbourne nu nog te gaan ontdekken dus zijn we thuisgebleven. Als bedankje voor Cath maakten we een echte Hollandse maaltijd: boerenkool. Lekker gegeten en met z’n drieën de cheesecake die we voor toe hadden gekocht verorbert. De rest van de avond hebben we gezellig gekletst en gelachten, uiteindelijk gingen we doodop pas om half 12 slapen.

Donderdagochtend 23 maart deden we het even lekker rustig aan. Halverwege de ochtend vertrokken we met de tram richting Melbourne centrum, waar we bij het bezoekerscentrum een kaartje kochten voor de Visitor Shuttlebus (een goedkope variant van de rode Hop on Hop off bus die je in veel grote steden ziet). Met buschauffeur John reden we mee tot Victoria Market, waar we aan het shoppen voor souvenirs sloegen. Deze overdekte markt had van alles en nog wat, maar vooral veel van hetzelfde. We slaagden goed, maar op een gegeven moment raakten we wat overweldigd door alles wat we zagen en hadden we genoeg geld uitgegeven, dus was het tijd om weer verder te gaan met de bus.

Met buschauffeur Linda maakten we eerst het hele rondje af zodat we in ieder geval alles hadden gezien. We wilden graag een look out over de stad doen maar twijfelden nog tussen de 2 opties: een reuzenrad à la Eye of London en de Skydeck op een wolkenkrabber. We kozen voor de laatst, dus stapten we uit bij Colin Street. Via deze dure winkelstraat vervolgden we een wandelroute uit de Lonely Planet via leuke zijstraatjes en winkelcentra. Langs het water liepen we naar de Skydeck. Vanaf de 88e verdieping hadden we een mooi uitzicht over de stad.

Om de dag af te sluiten gingen we nog een rondje met de gratis ouderwetse tram, waarmee we zo’n beetje heel Melbourne in een notendop hadden gezien.

Terug met de tram (“Take the traaaaam” aldus het mannetje bij de halte) naar Caths huis, waar we pannenkoeken bakten en opnieuw later dan gepland gingen slapen.

Vrijdag 24 maart opnieuw afscheid genomen van Cath en vertrokken richting vliegveld waar we onze auto op moesten halen. Helaas stapten we bij het verkeerde station uit maar met wat hulp om de Skybus te vinden kwamen we een uurtje te laat uit bij het vliegveld. We kregen een rode Nissan Micra die we Skippy noemden.

Onze bestemming van vandaag was Lorne, maar voor we aan het eerste stuk van de Great Ocean Road begonnen even een tussenstop bij de Hungry Jacks (Burger King) voor een vegetarische burger.     

Via een aantal lookouts en andere bezienswaardigheden kwamen we aan in Lorne, waar we weer even bij het bezoekerscentrum langsgingen en een hele lading aan informatie kregen over waar allemaal naar toe te gaan de komende dagen. Een vol programma!

Voordat we de omgeving gingen verkennen gingen we nog even in de tuin achter het bezoekerscentrum kijken, want hier zat namelijk een koala in de boom. Aanvankelijk zagen we hem niet, hij zat namelijk zo dicht bij dat we hem over het hoofd zagen.

Nadat we waren uitgekeken gingen we naar de Erskine Falls, een mooie waterval maar inmiddels een van de velen dus echt speciaal vond ik het niet meer. Op de weg naar de waterval toe zag ik een echidna, die we op de terugweg opnieuw terugvonden om op de foto te zetten. Daarna door naar Teddy Lookout, een mooi uitzicht over de kust en een stukje van de Great Ocean Road. Veel kaketoes ook! Ze blijken hier een plaag te zijn, tientallen vliegen er rond in Lorne.

We maakten het niet al te laat, moe van de late avonden de afgelopen dagen en de vele dingen die we al hadden beleefd.

Zaterdag 25 maart vervolgden we de Great Ocean Road. De eerste stop van vandaag was opnieuw een waterval, wiens naam ik inmiddels al weer ben vergeten, het zijn er ook zo veel. Terug richting onze auto werden we nog getrakteerd op de blote billen van een fietser die dit blijkbaar een goede plek vond om zich om te kleden.

Terwijl we de route vervolgden stopten we op verschillende plekken om uit te kijken over deze mooie kustlijn. Een wat langere stop hadden we bij Kenneth River, waar achter de camping koala’s zouden zitten. We liepen over de weg die daar liep, maar zagen alleen maar vogels en geen koala’s. We besloten over de camping terug te lopen naar de auto. Aanvankelijk zagen we ook hier alleen maar vogels, die allen zeer gewend zijn aan mensen omdat ze regelmatig gevoerd worden. Op de valreep zagen we nog meerdere koala’s in de bomen. Gelukkig ontdekten we ze net voordat er allerlei tourbusjes aankwamen, waardoor we even gewoon met z’n tweeën konden kijken. Toen het te druk werd zijn we, via het café om een ijsje te kopen, weer doorgegaan.

Terwijl we weer verder reden spotte ik nog een koala in de boom, dus nog even een korte stop. Omdat wij langs de weg foto’s stonden te maken, stopten er al gauw meerdere auto’s om te kijken wat er te zien was.

Via nog een stel lookouts en het strand kwamen we bij een volgende langere stop, Maits Rest Rainforest, om hier een wandeling te maken door dit mooie bos. Fijn om even de benen te strekken.

Door ons volle programma moesten we wel weer gauw door, nu naar Apollo Bay waar we even bij de “i” keken en over het marktje liepen en een broodje aten. En weer door! Een mooie route naar Cape Otway Light house, waar we deden of we nog studenten waren en zo met een beetje korting naar binnen konden. We verkenden het park, beklommen de vuurtoren en zagen wat (replica’s van) Aboriginal huisjes. Op de weg terug naar de Great Ocean Road opnieuw een stel koala’s gezien, blijft leuk.

We hadden nog een flink eind te gaan met veel korte stops: Twelve Apostles (supermooi, maar ook superdruk), the Arch, London Bridge, Grutto en ongetwijfeld nog vele anderen waarvan ik de naam niet meer weet. Langzaamaan begon het te schemeren, dus vooral de laatste stops deden we zo snel dat we de Japanners/Aziaten ver achter ons lieten (om je een beetje een indicatie te geven hoe snel we waren).

In het donker reden we het lange, maar eindelijk vooral rechte, stuk naar Warnnambool waar we zouden overnachten. In het hotel lekker gegeten en toen naar bed. Wat een volle maar zeer geslaagde dag was dat!

Zondag 26 maart een wat rustigere ochtend. Eerst even een boodschap, tankstop en toen richting de Grampians gereden. Dit is een natuurgebied met enkele plaatsjes waarvan Dunkeld het dichtst bij was, dus besloten we hier heen te gaan en daar wat informatie in te winnen over de bezienswaardigheden en wandelingen in dit gebied. Helaas was het vrouwtje van het bezoekerscentrum deze keer niet zo behulpzaam, dus kozen we zelf maar een wandeling uit. We kozen voor de Teddy Bear Gap Track, wiens naam ons wel aanstond en ook niet al te moeilijk zou moeten zijn. De wandeling ging van start bij een camping verderop, dus reden we nog een stuk door. Bij aankomst bij de camping gingen we vol goede moed en zin van start, we zagen gelijk al een kangoeroe en vele kaketoes in de bomen dus we hadden goede hoop dat dit een leuke wandeling zou worden. Dit veranderde echter al snel, we kwamen uit bij een splitsing waar twee bordjes stonden met de naam van dezelfde weg (vreemd genoeg niet de naam van de track) met verschillende afstand. We kozen voor de wat langere maar vlakke weg, maar deze was niet echt aantrekkelijk. We twijfelden even of we terug zouden gaan, maar het pad zou toch wel snel leuker worden? Achteraf gezien was dit het moment waarop we inderdaad hadden moeten omkeren…

Het pad werd niet leuker, bij de volgende splitsing liepen we over de weg (wel een dirt road waar vrijwel niemand komt) verder en kwamen we uit bij nog een splitsing. Hier stond een half bord en een pad, dus dat moest het vast wezen. In het begin ging dit pad nog wel, iets onregelmatiger dan we verwacht hadden gezien de moeilijkheidsgraad die deze track had gekregen, maar nog wel te doen. Hoewel het uitzicht wat we tussen de bomen door zagen, konden we er niet echt van genieten: het was warm, bergopwaarts en oneffen terrein, dus het was vooral ploeteren. Als het goed was zou het einde niet al te ver meer zijn, dus gingen we door. Het einde kwam alleen totaal niet in zicht, het pad werd smaller en onregelmatiger en was eigenlijk al geen pad meer te noemen. We wisten allebei niet goed wat te doen, moesten we het hele stuk weer terug (we hadden al een goede 5 kilometer afgelegd, de track zou ongeveer 6 km zijn) of waren we er misschien toch bijna? Besluiteloos liepen we door… De grote bruine slang die we zagen liggen had misschien nog een extra waarschuwing moeten wezen, net als het klimmen over een stel rotsen (dit was allang geen pad meer te noemen), maar toch keerden we nog niet om. Tot we ons echt realiseerden dat er nog steeds geen einde in zicht was, we totaal geen idee hadden hoe lang het nog was of waar we waren en ons drinken ook zo’n beetje op was -> paniek. Toen toch eindelijk verstandig geworden en teruggelopen, het was ver en vermoeiend. Wat waren we blij toen we Skippy zagen staan, met daarin een fles drinken!

Nadat we weer enigszins waren bijgekomen reden we gauw verder richting Halls Gap, want inmiddels was het al het einde van de middag en we wilden graag voor het donker aankomen.

In het plaatsje deden we nog even een boodschap, waarbij we bijna twee kangoeroes onder onze auto hadden zitten. Gelukkig konden we op tijd remmen en is er niks gebeurd.

Maandag 27 maart vertrokken we, na het ontbijt in het verlaten hostel (we waren volgens mij de enigen daar), richting het bezoekerscentrum van Halls Gap. Hier kregen we nu wel nuttige informatie, er zouden een paar mooie lookouts in de buurt zitten. Niets was minder waar, de uitzichten over de Grampians vanaf deze uitkijkpunten was werkelijk schitterend. Zo ver als je kon kijken groene bergen. Natuurlijk hebben we na deze uitkijkpunten weer een waterval bezocht, de Mackenzie falls. Helaas begon het hier flink te regenen dus probeerden w te schuilen onder de rotsen. Toen het weer droog was ben ik teruggekeerd naar de auto en is Stephanie nog bij een andere lookout gaan kijken vanaf waar ze de waterval kon zien.

Na deze waterval vertrokken we uit de Grampians en reden we richting Naracoorte. Onderweg nog een wegversperring door een groep schapen. In Naracoorte zelf was weinig te beleven, we waren hierheen gekomen voor de grotten maar die stonden voor morgen op de planning. We keken even rond in het stadje, maar het begon aardig fris te worden dus zijn we maar weer naar het hotel gegaan om lekker even te relaxen (de bedden waren zeer comfortabel).

Dinsdag 28 maart zijn we naar de Naracoorte grotten gegaan. We deden de Bat Cave tour, maar daarbij ging je niet de daadwerkelijke bat cave in… We kregen eerst een rondleiding door Blanche Cave, een vrij open grot met veel lichtinval door de gaten in het “plafond”. Na deze grot gingen we naar het onderzoekscentrum waar een projector en scherm hingen waarop live beelden vanuit de Bat Cave werden getoond. Dit deel van de tour duurde maar een paar minuten, klein beetje teleurstellend als je denkt vleermuizen te gaan zien.

Na het bezoek aan de grotten gingen weer rijden. We deden de toeristische route door Coorong National Park. Dit was grotendeels een dirt road met veel losliggende steentjes, dus vrij hobbelig en oppassen geblazen met onze gehuurde Nissan. Het park was totaal anders dan de andere nationale parken die we tot nu toe hadden gezien, droog, grote lege witte vlakten en stukken met paarse plantjes. En bijna geen andere ziel te bekennen.

We zagen een bordje voor een Pelikan Observatory dus besloten hier nog even een kijkje te nemen. De eerste pelikanen vlogen al gauw over dus we waren op de goede weg. Vanaf de parkeerplaats was het nog een paar minuutje lopen naar Jacks Point Observatory, vanaf waar we naar een klein eilandje aan de overkant van het water keken. Op dit eilandje zaten honderden pelikanen, echt superveel.

Nadat we waren uitgekeken reden we naar Murray Bridge waar we een hotelkamer met Engelse inrichting hadden: bloemetjesbehang, bloemetjes gordijnen, bloemetjes dekbed, je kent het wel.

Woensdag 29 maart, de laatste dag met ons autootje. Vandaag stond het verkennen van de omgeving waar vroeger McLeod’s Daughters werd opgenomen op de planning. We reden eerst naar Gawler om daar bij het bezoekersinformatiecentrum te vragen waar we allemaal heen konden. Het vrouwtje hier was heel direct: je kon niks bezoeken, het was afgesloten voor publiek. Het enige wat er nog was waren wat memorabilia die ze hier in het centrum hadden: het Drovers Run bord, trouwschoenen, wat kledingstukken en wat krantenknipsels. Gelukkig had Stephanie op internet al het een en ander opgezocht, dus we besloten er zelf maar op uit te gaan. We reden richting Freeling, dat in de serie Gungellan wordt genoemd. Hier was nog genoeg te vinden! Het Gungellan Hotel, de Truckstop, kapper en als klap op de vuurpijl de windmolen met bad! Hier zijn we allebei even in gaan zitten voor een foto (natuurlijk met onze hoed op om het helemaal af te maken). We voelden ons aanvankelijk een tikkeltje ongemakkelijk (in dit plaatsje is namelijk werkelijk niks te beleven en het woord toerist stond zowat op ons voorhoofd geschreven), maar ach, deze mensen zien we toch nooit meer terug.  

Na Freeling reden we door naar Kings Road, waaraan Drovers Run ligt. Het daadwerkelijke gebouw kun je inderdaad niet zien, de oprijlaan hier naartoe is afgesloten, maar de hele omgeving komt je wel bekend voor als je de serie hebt gezien. Wat waren wij blij dat we niet naar dat vrouwtje geluisterd hadden!

De omgeving hier staat ook bekend als de Barossa met vele wijnvelden, dus keken we hier ook nog even rond. In een van de plaatsjes in de omgeving regelden we onze Kangaroo Island tour voor morgen, aten we een lekkere lunch en een nog lekkerder ijsje.

Daarna was het tijd om naar Adelaide te gaan, onze laatste stop samen. We dropten onze spullen bij het hostel en leverden Skippy vervolgens in bij het vliegveld.

Terug in het hostel gegeten, kleding gewassen en mijn spullen uitgezocht en een hele lading aan Stephanie overgedragen om mee naar huis te gaan (je zou denken dat mijn tas nu een stuk lichter is, maar helaas valt dat vies tegen).

Donderdag 30 maart weer eens een vroege start: om half 7 zouden we worden opgehaald om naar Kangaroo Island te gaan. We stonden op tijd buiten voor ons hostel te wachten maar helaas was het busje wat aan de late kant. Gelukkig stond de verwarming aan, want zo vroeg op de ochtend was het behoorlijk fris. We moesten ongeveer 2 uur rijden naar Cape Jervis, waar we met de veerboot naar Kangaroo Island gingen. Onderweg zagen we tientallen kangoeroes die vooral tijdens de schemer actief zijn.

De tocht met de veerboot duurde nog eens 45 minuten maar daarna waren we er eindelijk. We gingen gauw van de boot af zodat we een mooi plekje hadden in de bus. Met deze bus reden we over het eiland naar verschillende bezienswaardigheden. De eerste stop was een Eucalyptus boerderij waar ze eucalyptusolie produceren. Hier kregen we een korte rondleiding en vooral veel van de koopwaar te zien, niet heel boeiend.

Na de rondleiding was het tijd voor de lunch, waarna we het toch echt tijd vonden om wat dieren te gaan zien, want daar waren we voor gekomen. Gelukkig was de volgende stop bij Seal Bay, waar we van heel dicht bij de zeeleeuwen zagen. Veel van de zeeleeuwen lagen naast en onder de boardwalk, dus waren we soms slechts een meter verwijderd (maar wel veilig). We liepen ook nog een stukje het strand op, waar meerdere zeeleeuwen lagen. Superleuk om te zien en ook de omgeving was heel mooi. Helaas duurde het bezoek maar kort, want om half 3 moesten we bij de roofvogelshow zijn. Deze show wordt gehouden met roofvogels die zijn opgevangen nadat ze gewond zijn geraakt en niet meer vrijgelaten kunnen worden in het wild. We kregen verschillende inheemse roofvogels en andere soorten vogels te zien, waaronder een barn owl die over onze schoot kwam lopen, kookaburra’s en de wedge tailed eagle (wigstaartarend), de grootste arend in Australië.

Na de roofvogelshow gingen we naar het wildlife park, waar we weer kangoeroes mochten voeren. Voor 20 dollar mocht je ook een koala vasthouden. Hier hoefden we niet lang over na te denken, dat wilden we graag! We waren de enige twee uit de groep, wat het extra leuk maakte. Omdat we de enige waren koos de verzorger voor de 11 maanden oude Elsa, wat een schatje! Superzacht en echt heel lief, we waren bijna met haar weggerend.

Na het vasthouden sloten we weer bij de groep aan en aaiden we nog wat andere koala’s.

De dag zat er bijna op, we moesten even overstappen op een andere bus en kregen nog wat tijd om te eten voordat we weer met de veerboot en bus teruggingen naar Adelaide. Supergeslaagd einde van de vakantie van Stephanie!

Vrijdag 31 maart was de laatste dag met Stephanie. ’s Morgens ergens ontbeten, waarna ik even naar een ander hostel ging om Milou te ontmoeten, een meisje waarmee ik de volgende dag (samen met nog 4 anderen) een roadtrip naar Perth zou maken. Stephanie ging vast terug om de laatste spulletjes in te pakken. Nadat we dit allemaal geregeld hadden gingen we Adelaide in. We keken rond in de winkelstraat, gingen met de metro naar de markthal (waar ze eigenlijk alleen maar eten hadden, dus hier waren we gauw weer weg), deden een rondje met de gratis bus (waarin we bijna in slaap vielen, ware het niet dat er nogal wat vreemde types in de bus zaten), gingen naar het Aboriginal Museum met een van de oudste boemerangs en de mooie Botanische tuin. Tot slot nog even geshopt in de winkelstraat, waar Stephanie flink haar slag sloeg. Gauw wat gegeten en toen naar het hostel om Stephanies spullen op te halen en naar het vliegveld te gaan. De stress of alle spullen wel in één tas pasten was voor niks, want het bleek dat ze gewoon meerdere tassen mocht meenemen. Maar goed, het zat er nu toch al in.

Nadat ze was ingecheckt was het toch echt tijd om afscheid te nemen en om weer alleen terug te keren naar het hostel.
Wat hebben we deze vier weken onwijs veel moois gezien en beleefd, een tijd om nooit te vergeten!

Foto’s

2 Reacties

  1. Tineke:
    19 april 2017
    Natuurlijk alweer even geleden, maar wat een leuke verhalen weer..genieten!
  2. Govert A.:
    19 april 2017
    Mooi verhaal en foto's.